Op geruchten gebaseerde politie jacht levert geen bewijzen voor babyhandel

11 April 1987

Gepubliceerd op: 11 april 1987

W. J. de Bruin

Meer informatie

Op geruchten gebaseerde politie jacht levert geen bewijzen voor babyhandel

Publieke opinie in SriLanka opgehitst door sensationele artikelen in populaire ochtendkrant

Politieonderzoeken in Sri Lanka naar illegale adopties hebben geen strafbare feiten aan het licht gebracht. Zelfs al neemt een Srilankaanse moeder geld aan wanneer zij haar kindje ter adoptie afstaat, dan nog pleegt zij geen misdrijf. Een door geruchten gevoede, massale verontwaardiging kan voor de rechtbank niet als bewijsmateriaal dienen voor een vermeende babyhandel.

Het leven van de Srilankaanse politieinspecteur B. Sumanadasa heeft een vreugdeloze wending genomen. Na een inval in een strandhotel, waar, zo veronderstelde de politie-officier, een levendige handel in baby''s bloeide en westerse toeristen veel geld betaalden voor een pasgeboren kindje, is hij niet bij machte het bewijs te leveren voor illegale adopties. De natuurlijke moeders van een twintigtal baby''s ontkennen dat zij zijn gedwongen om hun kind ter adoptie af te staan. Hun volharding heeft het misnoegen van de inspecteur gewekt, maar echt zorgen maakt hij zich sinds deze vrouwen een proces tegen hem hebben aanespannen wegens schending van hun grondwettelijke rechten als staatsburgers. De bekommerde politieman heeft van zijn superieuren geen advocaat toeewezen gekregen. Inmiddels legde hij en klein vermogen op tafel om zijn verediging in deze civiele procedure te bekostigen. Hij vreest als gevolg van zijn ptreden financieel geruïneerd te woren. Het omstreden adoptiecentrum ligt in het plaatsje Wadduwa, dertig kilometer ten zuiden van Colombo, de hoofdstad van Sri Lanka. Eigenaresse Dawn de Silva vangt in het oord veelal ongehuwde moeders op, die hun kind willen afstaan voor adoptie. Zij biedt verder onderdak aan Westeuropese echtparen die in Srilanka verblijven om deze kinderen aan te nemen. Door de bemiddeling van de stichting Kind en Toekomst te Brummen verbleven vorig jaar zo''n 200 Nederlandse echtparen in het centrum van miss Dawn", zoals zij door haar gasten wordt genoemd.

Twijfels

Aan de oprechtheid waarmee Dawn de Silva zich om de ongewenste zuigelinen en hun moeders bekommert, twijfelde eind vorig jaar het Westduitse weekblad Stern. Uitvoerig berichtte het magazine over dubieuze adoptiepraktijen, waaraan winstbejag ten grondslag zou liggen. In een verkorte versie van het Stern-artikel verontrustte Nieuwe Revu adoptieouders in Nederland, die lun kind via bemiddeling van de stiching Kind en Toekomst hadden gekregen. In het donorland schokte de populaire, Engelstalige ochtendkrant Sun op 9 januari de gemoederen onder de kop: Ontmaskerd: miljoenenzwendel met de Srilankaanse baby''s". Een dag later parkeerde inspecteur Sumanadasa zijn politiejeep voor de stalen poort van het adoptiecentrum in Wadduwa. De inspecteur dacht 22 baby''s te onderscheppen, die op het punt stonden verkocht te worden aan Europese echtparen, onder wie tien Nederlandse adoptieouders. Inspecteur Sumanadasa arresteerde Dawn de Silva en 21 Srilankaanse vrouwen. „De meeste vrouwen bleken ongehuwd en waren afkomstig uit verschillende delen van het eiland", zegt de politieman. „Zij beweren dat zij hun kinderen vrijwillig en geheel legaal wilden afstaan voor adoptie". Die verklaring kan de politie-inspecteur nog altijd niet accepteren, maar zijn ongeloof lijkt vooral te worden ingegeven door de publieke opinie en kranteberichten die de Srilankaanse bevolking doen geloven dat adoptie identiek is aan een verwerpelijke babyhandel.

Experimenten

Enig bewijs voor de vermeende handel was niet van belang voor de vorming van de publieke opinie in Sri Lanka..Zij nam ziedend de vorm aan van een nationale volkswoede, die genoegdoening eiste. Men dacht de schaduwen waar te nemen van de vroegere slavenhandel en drong aan op een onmiddellijke beëindiging van „deze duivelse handel in menselijk vlees en bloed". Rillend van afschuw verspreidde men geruchten dat adoptieouders Srilankaanse kinderen als slaven dienstbaar maakten of, erger nog, misbruiken ten behoeve van orgaantransplantaties. Cynisch voegden sommigen de veronderstelde zuigelingenhandel als modern exportprodukt toe aan een reeks traditionele waren zoals thee, rubber en kokosnoten. De gruwelverhalen nestelden zich epidemisch van laag tot hoog in de samenleving. Het hoofd van de politie in het district Colombo, deputy inspector-general W. B. Rajaguru, en zijn persoonlijk assistent, superintendent J. W. Jayasuriya, vragen mij in alle ernst of Srilankaanse kinderen in Nederland dienen voor de uitvoering van medische experimenten.

Voor de betrouwbaarheid van hun afgrijselijke verhalen verwijzen velen naar de sensatiekolommen van de Sun. Deze krant voedt de nationale razernij in artikelen over "babygate", die zijn gegrond op onbekende bronnen. Door het artikel in Stern ontwaakt, heeft de Sun een kruistocht ondernomen tegen de "babymaffia". „Zelfs voor abortus, een misdaad, zijn in sommige gevallen nog verzachtende omstandigheden aan te voeren", aldus een commentaar in de Sun, „maar de wijdvertakte, duivelse, koelbloedige handel in onschuldige baby''s is door en door zondig".

Bewenen

De Sun eiste dat "babytoeristen" het land uitgegooid zouden worden om de zedelijke en ethische waarden van het eiland te redden. „De Srilankaanse Rachel kan haar onschuldige baby''s niet blijven bewenen", raasde een Sun-commentator. „Onze zedelijke tradities staan niet toe dat een moderne ,maniakale Herodes de vrije teugel wórdt gelaten".

Het moge duidelijk zijn dat inspecteur Sumanadasa zicfi in zijn handelwijze gesteund wist door een hem gunstig gezinde publieke opinie. Voor de rechtbank konden verzinsels uit de Sun echter niet als bewijsmateriaal dienen. De natuurlijke moeders van de baby''s brachten enige weken in het gevang door en werden daarna op borgtocht vrijgelaten. Aan de angstige onzekerheid waarin de Nederlandse echtparen verkeerden, maakte een adoptierechter een einde. Hij gaf hen''toestemming om de aangenomen kindjes mee naar huis te nemen.

Geen bewijzen

Inspecteur Sumanadasa heeft tot 5 mei de tijd gekregen om bewijsmateriaal tegen Dawn de Silva en de door hem verdachte moeders te verzamelen. Mocht hij opnieuw met lege handen voor de rechtbank verschijnen, dan worden alle betrokkenen ontslagen van verdere rechtsvervolging.

„Over bewijzen beschik ik niet", erkent Sumanadasa, maar hij maakt zich vooriopig meer zorgen over het civiele proces waarin hij is verwikkeld. Somber verzucht Sumanadasa: „Het kost mij al mijn spaargeld, terwijl ik slechts mijn plicht als politie-officier heb vervuld". Op de plichtsbetrachting van de inspecteur heeft de advocaat mr. Manilal Fernando scherpe kritiek. Naam en adres van deze raadsman en diens confrater mr. Daya R. Perera staan vermeld op een gekopieerde brief die een bewaker van het adoptiecentrum in Wadduma mij door een klein luik in de muur rond het complex toesteekt. De zware poort blijft stevig gesloten. Later zal mr. Fernando de eigenaresse verontschuldigen: het is alleen op medisch advies dat zij weigert verslaggevers te woord te staan.

Onwettig

„De politie heeft pas achteraf geprobeerd de inval in het adoptiecentrum te rechtvaardigen", meent mr. Fernando. „Inspecteur Sumanadasa beschikte niet eens over een huiszoekingsbevel. Zonder dat hij de moeite nam een aanklacht te formuleren pakte hij iedereen op en voerde hen af naar de cel. Tot nu toe heeft de politie niets kunnen ontdekken dat in strijd is met de Srilankaanse adoptiewet. Integendeel, het optreden van de politie was volstrekt onwettig. Om die reden is tegen inspecteur Sumanadasa, die de inval persoonlijk leidde, een proces aangespannen. Hij heeft zich vermoedelijk het hoofd op hol laten jagen door het kranteartikel in de Sun".

De stellige overtuiging van mr. Perera is dat Sumanadasa in strijd met zijn instructies handelde en om die reden zijn eigen advocaat moet betalen. De activiteiten van Dawn de Silva typeert de advocaat als „heel verstandig". Mr. Perera: „In afwachting van de gerechtelijke procedure brengt deze vrouw de natuurlijke moeders met hun baby''s en de adoptieouders bijeen in een complex". Verhalen over de handel in baby''s wijzen mr. Fernando en mr. Perera als onzinnig van de hand. Mr. Perera: „Zelfs al zou een moeder geld ontvangen omdat zij haar baby afstaat, dan is dat volgens onze wetgeving geen vergrijp. Je kunt het immoreel noemen, maar het is niet onwettig. Ik weiger over babyhandel te spreken zolang de adoptiewet niet wordt gewijzigd. Als advocaat ben ik bovendien ook niet geïnteresseerd in het morele aspect van deze handelswijze. Alleen de vraag of het al dan niet illegaal is, is van belang".

Nog schokkender

Tien dagen na de geruchtmakende inval in het adoptiecentrum van Dawn de Silva deed de politie „een zo mogeljjk nog schokkender ontdekking" in het vissersplaatsje Negombo, 30 kilometer ten noorden van Colombo. De politie verrastte 23 kinderen en hun verzorgers in een Zweeds kindertehuis, dat in werkelijkheid als dekmantel zou dienen voor een winstgevende handel in pasgeboren baby''s. Achter de schermen zou de Zweedse verpleegkundige Inga LillLundström verantwoordelijk zijn voor de malafide praktijken.

Politie-inspecteur K. D. L. Dalpatadu verdenkt-de Scandinavische verpleegster van het ontvoeren van Srilankaanse kindjes. Een dag voordat de rechtbank op vrijdag 27 maart oordeelt dat haar geen enkele blaam treft, geeft de inspecteur zijn verdacht makende versie van de feiten. Zijn mensen zouden met de onverwachte inval hebben voorkomen dat 23 kinderen verkocht werden aan Zweedse echtparen. Onwillig geeft de inspecteur toe dat „wij niet in staat zijn om ook maar iets te bewijzen".

Alleen dank zij haar wilskracht slaagde Inga Lill er in de wereld met een glimlach in de ogen te zien, toen haar naam op de voorpagina van de Sun door het slijk werd gehaald. Met ontzetting denkt zij terug aan de politie-inval, die volgde na een anonieme klacht bij het departement voor kinderzorg. De Zweedse verblijft sinds 1984 in Sri Lanka, waar zij als verpleegster werkt in het tehuis voor gehandicapte kinderen, dat door de Maria Aid Association in Negombo is gesticht.

Gelukkiger jeugd

„Toen het tehuis voor gehandicapte kinderen hier was gevestigd, klopten ook veel andere, vaak arme ouders en ongehuwde moeders bij ons aan om hulp voor hun kinderen. Wij hebben daarom een tweede tehuis geopend, waar kinderen verblijven die na korte of langere tijd weer naar hun ouders terugkeren", vertelt Inga Lill. „Persoonlijk zie ik adoptie niet als een gemakkelijke en snelle oplossing voor ongewenste kinderen. In veel gevallen, zo is mijn ervaring, is het na lang praten mogelijk dat de ouders of andere familieleden toch de zorg voor zo''n kindje op zich nemen. Wanneer dat onmogelijk blijkt en het kind een toekomst in een opvangtehuis wacht, zal het naar mijn overtuiging een gelukkiger jeugd hebben in een adoptiegezin".

Via de bemiddeling van een door de overheid gecontroleerde organisatie worden volgens de verpleegster jaarlijks 20 tot 25 kinderen door Zweedse echtparen geadopteerd. Inga Lill: „Drie van de 23 kinderen die in het tehuis verbleven tijdens de politie-inval waren bestemd voor adoptie. Zij zijn inmiddels met toestemming van de rechter door hun adoptieouders meegenomen naar Zweden".

Bemiddelaars

De advocaat van de Zweedse verpleegkundige, mr. Nimal Senanayake, heeft de indruk dat een handvol advocaten en enkele tientallen Srilankaanse bemiddelaars behoorlijk veel geld verdienen aan adopties. Mr. Senanayake: „Zij kennen de wegen om een adoptie vlot te laten verlopen. Zij weten hoeveel smeergeld betaald moet worden aan de betrokken ambtenaren, want als je niet betaalt krijg je te maken met langdurige vertragingen. Dat gebeurt nu eenmaal in dit land. De Europese adoptieouders betalen waarschijnlijk graag voor dienstverlening".

Mr. Senanayake, tot eind maart voorzitter van de orde van advocaten in Sri Lanka, vermoedt dat een door de minister van justitie ingestelde onderzoekscommissie zal aandringen op de verwijdering van commerciële tussenpersonen uit adoptiekanalen. „Maar het zou veel beter zijn als de Srilankanen zich zelf eens ontfermden over onze ongewenste kinderen en minder luid protesteerden tegen de adopties door buitenlandse echtparen".

In het tweede artikel over de adoptie van kinderen uit Sri Lanka, dat dinsdag zal verschijnen, zal de rol van de tussenpersonen op het eiland en hun verdiensten worden belicht.

.